“In de eerste 1000 dagen van het leven – de periode waarin een bevruchte eicel zich ontwikkelt tot een peuter van twee jaar – wordt de basis gelegd voor later,” zegt Tessa Roseboom, hoogleraar Vroege Ontwikkeling en Gezondheid aan de Universiteit van Amsterdam. Ze vervolgt: “In die periode worden alle organen aangelegd, hecht een kind zich aan ouders of verzorgers, leert het eten, drinken, praten en lopen. Het leert ook of de wereld veilig is of niet. In geen enkele andere periode van het leven gaat de ontwikkeling van de mens zo snel als in die eerste 1000 dagen.” Roseboom schat in dat één op de zes kinderen geen goede start heeft: “Dan kun je denken aan kinderen die te vroeg of te klein geboren worden, kinderen die veel stress ervaren in de eerste periode van hun leven en kinderen die opgroeien in armoede.”
Daarnaast heeft een goede start invloed op de mentale gezondheid: mensen die een goede start hebben gehad, zijn minder gevoelig voor verslaving, angst en depressie.” Roseboom is duidelijk: “Als je je kind een goede start kan geven, dan is de winst groot en heeft het daar levenslang profijt van.” Roseboom: “Kinderen die opgroeien in een gezonde en veilige omgeving, of in een omgeving met geen of weinig stress hebben betere kansen op school en op de arbeidsmarkt, en zijn vaak gezonder dan kinderen die opgroeien in een ongezonde, onveilige of stressvolle omgeving.”
Steuntje in de rug
Jinke van der Put is jeugdarts bij de GGD Hart voor Brabant en voorzitter van het Verloskundig Samenwerkingsverband Midden-Brabant. Ze staat midden in het werkveld en weet als geen ander hoe belangrijk het is om (aanstaande) ouders te ondersteunen. Van der Put: “Veel zwangeren voelen zich onzeker tijdens de zwangerschap. Als je daarnaast zorgen hebt over je inkomen of je huis, je spreekt de taal niet of niet goed genoeg of je hebt geen mensen om op terug te vallen, dan verandert die onzekerheid al snel in kwetsbaarheid. Iedere (aanstaande) ouder verdient een steuntje in de rug, waardoor kinderen een kansrijke start kunnen maken.”
Die hulp kan het verschil maken, zegt Van der Put. “Voor een kansrijke start voor het kind is het belangrijk dat we de ouders zo goed mogelijk helpen. Als zij zich goed voelen, heeft dat invloed op de zwangerschap en de periode daarna.” Om daarbij te helpen is er het actieprogramma Kansrijke Start, waarin verschillende zorgprofessionals en professionals uit het sociaal domein samenwerken aan een kansrijke start voor zoveel mogelijk kinderen. “In vrijwel elke gemeente is er ondersteuning voor mensen die hieraan behoefte hebben. Hoe die ondersteuning eruitziet, verschilt per gemeente maar er zijn heel veel prachtige initiatieven. Zoals het huisbezoek tijdens de zwangerschap, maar ook bieden we in sommige gemeenten intensievere begeleiding aan.” Wat de jeugdarts (aanstaande) ouders mee wil geven? “Het is normaal om je onzeker te voelen en vragen te stellen, dus schroom niet om hulp te vragen aan je verloskundige, op het consultatiebureau of aan mensen om je heen. Dat is geen teken van zwakte maar van kracht. Er staat hulp klaar, maak daar gebruik van.”